Laat komen Uw Rijk

Midden in de nacht ga ik eruit, ik kan (wéér) niet slapen. Mijn geweten houdt mij wakker en ik heb het gevoel dat ik mij moet uitspreken.

Tégen geweld. Tégen het met de Bijbel in de hand rechtvaardigen van geweld, oorlog, onderdrukking van een ander die jouw plannen in de weg staat. Tégen het met geweld versnellen van de komst van het Messiaanse Rijk.

Tégen de simplistische steun voor Israël, tegen het calimerogevoel dat christenen en zionisten hebben: zij moeten zich toch verdedigen in een wereld die zich faliekant en demonisch tegen hun bestaan gekeerd heeft? Laat mensen die dit menen een werkelijke machtsanalyse maken van de situatie van Palestina/Israël en zich niet enkel verlaten op bronnen van het ene of het andere kamp. Verdiep je Bijbelkennis! Lees Maleachi, lees Zacharia. Ga bidden, open je hart en zeg Psalm 86: 11 na:

“Wijs mij uw weg, HEER, Laat mij wandelen op het pad van uw waarheid, vervul mijn hart met ontzag voor uw naam.”

Ontzag voor de Naam

Ontzag voor de Naam, het is de belangrijkste draad in de Hebreeuwse Bijbel en het Nieuwe Testament. Het betekent zoeken naar waarheid, het betekent gehoorzaamheid aan de Levende God. De belangrijkste taak van het volk Israël en van ons christenen in navolging van hen. Wie is dan die God die wij moeten gehoorzamen?

In Maleachi gaat het over mensen die niet meer weten, specifiek over priesters die niet door hebben welke God zij dienen met hun handelingen. In naam dienen zij de God van Israël, de Levende, de Eeuwige, maar God zelf komt tegen hun manier van doen en denken in opstand. Hou ermee op! Zegt God. “Uw uitspraken zijn tegen mij te sterk geworden (…) en dan zegt gij: Wát hebben wij tegen u uitgesproken?”

(3:13) “Keer terug naar mij, zegt de HEER van de hemelse machten (…) en jullie zeggen: ‘Hoezo moeten we terugkeren?’” (3:7)

“Ik zal naar jullie toekomen om recht te spreken, en ik zal niet aarzelen te getuigen tegen tovenaars en echtbrekers, tegen mensen die meineed plegen en mensen die hun dagloners uitbuiten en tegen allen die weduwen en wezen onderdrukken en vreemdelingen geen plaats gunnen, want geen van allen hebben zij ontzag voor mij, zegt de HEER van de hemelse machten.” (3:5)

“De Levende zegt: Als ik Heer ben, waar is dan de vreze voor mij? En u durft te zeggen: waarin hebben wij dan uw naam geminacht? Waarmee hebben wij dan u besmeurd?” (3:6,7)

Ontzag voor God is in de Bijbel nauw verbonden met gerechtigheid en je houden aan de geboden die God zijn volk geeft. (zie bijv. Maleachi 3:22) In Zacharia is de liefde van God voor Sion nauw verbonden met deze oproep: “Hier moeten jullie je aan houden: Spreek de waarheid tegen elkaar, bewaar de vrede door eerlijk en rechtvaardig recht te spreken; wees er niet op uit om een ander kwaad te doen en laat je niet verleiden tot meineed, want daar heb ik een afkeer van, spreekt de HEER. (8) Als je meent dat dit een binnenvolks gebeuren is, dan verwijs ik graag naar degene in wie wij christenen onze Messias belijden: Jezus Christus, die oproept om je vijand lief te hebben als jezelf. (Een gedachte die je overigens in de Hebreeuwse Bijbel ook al kunt vinden.)

“Het is tevergeefs om God te dienen!” zeggen de priesters in Maleachi. “Wat baat het dat wij hebben bewaard wat hij te bewaren geeft (…)?” Laat degenen die vasthouden aan het visioen dat Israël het licht voor de volken is, deze God gehoorzamen en zich niet verlagen tot de god van het ongeduld, de god van het geweld.

Niet-weten

Of, tot slot, tot de macht van het niet-weten:

“Red wie ter dood worden meegenomen, wie naar de wurgpaal wankelen, houd je niet in! Zeg niet: ‘Ik wist het niet,’ Want hij die de harten doorgrondt, het innerlijk doorziet, weet of je de waarheid spreekt.” (Spreuken 24: 11 en 12)

Maar hoe kun je weten? Zijn we terughoudend omdat we niet álles weten? Is het niet goed om voorzichtig te zijn met al te boude uitspraken en stellingnames als je er niet zeker van bent? Hoe weet je wat waar is? Deze houding van niet-(alles)weten wordt opgemerkt door Hannah Arendt in haar beschrijving van het proces van Eichmann, waarin de mede-uitvoerders van de jodenvervolging terecht staan voor hun medeplichtigheid aan Hitlers gruweldaden. Volgens Arendt is het (nog) niet weten een instrument in de handen van tirannen. Een volk dat niet weet wat goed is om te denken, weet niet wat goed is om te doen en laat het na.

Laten we niet achteraf (wéér) zeggen: we hebben het niet geweten. Doe de grootst mogelijke moeite om te weten te komen wat waar is en wat er speelt, want je gaat niet vrijuit!

(Heer, vergeef ons als wij u vergeten, laat komen Uw Rijk.)

Gebruikte bijbelvertalingen: Naardense Bijbel en NBV

(10 april 2025)